woensdag 16 mei 2012

Uit ons pedagogisch plan:

'De bewegingszin laat het kind voelen wát het doet. De ontwikkeling van de motoriek bestaat niet uit het in beweging leren komen, maar uit het leren terughouden en beheersen van de overdaad aan beweging die van nature in het lichaam voorkomt. Voor een zinvolle en doelgerichte beweging is beheersing en sturing nodig: we worden ‘de baas’ over ons eigen lichaam.
De ontplooiing van de bewegingszin wordt bevorderd door een kind de gelegenheid te geven om zijn bewegingsdrang uit te leven en allerlei bewegingen te ontdekken. Dit kan geoefend worden met allerlei speelmateriaal binnen (klimrek, schommelboot), door veel naar buiten te gaan (onze eigen tuin, het bos of de boomgaard), maar ook door het verrichten van dagelijkse handelingen (brood smeren, raspen, kneden, knopen en ritsen open en dicht doen). Belangrijk is de afwisseling tussen momenten van beweging en momenten van rust.'