Maandagmorgen, stralend weer: in de peutergroep zijn maar 4 kindjes, dus bepakt met picknick-boterhammen, zonnebrand én stevige schoenen zijn we met de nieuwe bolderkar op pad gegaan naar het Bos.
We hebben gelopen, gelopen, gelopen (de juffies dus, de kinderen zaten heerlijk in de bolderkar) en vonden uiteindelijk het mooie kabouterpaadje. Vanaf hier konden de peutertjes zelf lopen: heuveltje op en heuveltje af, op zoek naar ‘wilde dieren’ – wat keken de peuters blij verrast toen ze daar ineens een aantal zwijntjes zagen (achter het hek hoor). Die ene grote moest wel Vader Zwijn zijn, concludeerde Eli. En ineens was er nog meer vreugde, want verderop stonden ook wat jonkies te snuffelen. Prachtig om dan die snoetjes van de kinderen te zien: dat maakt je dag goed.
Daarna gingen we nog even spelen op de speelweide en lekker picknicken op een groot kleed.
Moe en voldaan sliepen ze vanmiddag veel langer dan anders! En de juffies? Die zaten met de voetjes omhoog en de oogjes toe, want zij hadden vér gelopen!